Wanneer heeft een werknemer recht op een transitievergoeding? Als een werknemer 24 maanden of langer in dienst is geweest, heeft hij of zij recht op een transitievergoeding. Dit is het geval als de arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever is geëindigd. Ook als het gaat om een contract voor bepaalde tijd dat niet wordt voortgezet, heeft de werknemer recht op een transitievergoeding. Als de beëindiging van het dienstverband echter het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, dan vervalt het recht op een transitievergoeding. Het recht op een transitievergoeding is wettelijk vastgelegd. De rechter hoeft hier geen uitspraak voor te doen. De werkgever dient de transitievergoeding uiterlijk binnen een maand na het einde van de arbeidsovereenkomst te betalen. Als de werkgever de vergoeding niet op tijd betaalt, is hij wettelijke rente over de transitievergoeding verschuldigd vanaf het moment dat de betalingstermijn is verstreken.

24 maanden

Om vast te stellen of een werknemer aanspraak kan maken op een transitievergoeding, is de eerste voorwaarde dat de arbeidsrelatie 24 maanden of langer heeft geduurd. Het maakt hierbij niet uit of het gaat om een contract voor onbepaalde tijd of een reeks tijdelijke contracten. Zelfs als een werknemer aan het einde van zijn tweede jaarcontract te horen krijgt dat zijn arbeidscontract niet verlengd zal worden blijft dit recht.

Indien er sprake is van een onderbreking in het dienstverband van niet meer dan zes maanden, moeten ook de voorafgaande arbeidscontracten meegeteld worden om de totale duur van het dienstverband te berekenen. De onderbrekingsperiode zelf telt niet mee bij de berekening van de transitievergoeding. Deze regel is ook van toepassing als een werknemer in dienst is geweest bij verschillende werkgevers die elkaar opvolgen.

Voorbeeld

Een voorbeeld ter illustratie: Rogier is op 1 november 2011 begonnen met werken op basis van een tijdelijk arbeidscontract voor zes maanden. Op 1 mei 2012 is zijn contract verlengd met een jaar. Na afloop van dit jaarcontract is Rogier acht maanden werkloos geweest. Op 1 januari 2014 is hij opnieuw bij dezelfde werkgever in dienst getreden. Hij trad nu in dienst op basis van een jaarcontract dat eenmaal is verlengd. Op 31 december 2015 eindigt zijn dienstverband en heeft hij recht op een transitievergoeding. Bij het berekenen van de transitievergoeding wordt de eerste anderhalf jaar dat Rogier bij deze werkgever heeft gewerkt niet meegeteld. De werkgever moet Rogier dus een transitievergoeding betalen ter grootte van 2/3 van zijn maandsalaris.

Transitievergoeding en opvolgend werkgeverschap

Bij opvolgend werkgeverschap gaat het om een situatie waarin een werknemer bij een nieuwe werkgever in dienst treedt, nadat hij eerder bij een andere werkgever werkzaam was in min of meer dezelfde functie. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij een uitzendkracht die na een periode bij een werkgever in dienst treedt. Maar ook wanneer een concessie of opdracht van de ene naar de andere werkgever overgaat en de werknemers meeverhuizen, kan er sprake zijn van opvolgend werkgeverschap. Om van opvolgend werkgeverschap te kunnen spreken, moeten de werknemers min of meer dezelfde werkzaamheden zijn blijven verrichten. Het werk dat ze bij de vorige werkgever deden moet naar de nieuwe werkgever zijn overgegaan.

Zelfs bij een doorstart na faillissement kan er sprake zijn van opvolgend werkgeverschap. Bij alle gevallen van opvolgend werkgeverschap worden de dienstjaren bij de vorige werkgever meegenomen bij het bepalen van de transitievergoeding bij de nieuwe werkgever. Als de vorige werkgever al een transitievergoeding heeft betaald, dan mag dit bedrag uiteraard wel in mindering worden gebracht op de transitievergoeding die de nieuwe werkgever moet betalen.

Rechtspraak

Een taxichauffeur is op 1 januari 1999 begonnen bij Oenema Transport. Nadat deze onderneming op 2 oktober 2014 failliet is verklaard, treedt de werknemer op 15 november 2014 in dienst bij Taxiwerq AD op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd die eindigt op 31 mei 2015. Na het aflopen van deze arbeidsovereenkomst vraagt de werknemer een transitievergoeding aan, waarbij hij verwijst naar de dienstjaren die hij bij Oenema Transport heeft gewerkt. Hij stelt dat er sprake is van opvolgend werkgeverschap. De kantonrechter in Assen heeft deze claim afgewezen en geoordeeld dat Taxiwerq AD niet als opvolgend werkgever kan worden beschouwd. Om deze reden wordt niet voldaan aan het 24-maanden criterium. De werknemer heeft daarom geen recht op een transitievergoeding.

Rekentool transitievergoeding

Als je wilt weten hoe hoog de transitievergoeding is in een specifieke situatie, kun je kosteloos gebruik maken van deze rekentool transitievergoeding.

Blijf up-to-date over arbeidsrecht en andere interessante informatie over contractenrecht!

Bij Juristenblog.nl proberen we zo adequaat mogelijk te informeren over alles wat met contractenrecht te maken heeft. Vond je deze blog interessant? Houd dan ook zeker onze andere blogartikelen over contractenrecht in de gaten!

 

Wanneer heeft een werknemer recht op een transitievergoeding? Als een werknemer 24 maanden of langer in dienst is geweest, heeft hij of zij recht op een transitievergoeding. Dit is het geval als de arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever is geëindigd. Ook als het gaat om een contract voor bepaalde tijd dat niet wordt voortgezet, heeft de werknemer recht op een transitievergoeding. Als de beëindiging van het dienstverband echter het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, dan vervalt het recht op een transitievergoeding. Het recht op een transitievergoeding is wettelijk vastgelegd. De rechter hoeft hier geen uitspraak voor te doen. De werkgever dient de transitievergoeding uiterlijk binnen een maand na het einde van de arbeidsovereenkomst te betalen. Als de werkgever de vergoeding niet op tijd betaalt, is hij wettelijke rente over de transitievergoeding verschuldigd vanaf het moment dat de betalingstermijn is verstreken.

24 maanden

Om vast te stellen of een werknemer aanspraak kan maken op een transitievergoeding, is de eerste voorwaarde dat de arbeidsrelatie 24 maanden of langer heeft geduurd. Het maakt hierbij niet uit of het gaat om een contract voor onbepaalde tijd of een reeks tijdelijke contracten. Zelfs als een werknemer aan het einde van zijn tweede jaarcontract te horen krijgt dat zijn arbeidscontract niet verlengd zal worden blijft dit recht.

Indien er sprake is van een onderbreking in het dienstverband van niet meer dan zes maanden, moeten ook de voorafgaande arbeidscontracten meegeteld worden om de totale duur van het dienstverband te berekenen. De onderbrekingsperiode zelf telt niet mee bij de berekening van de transitievergoeding. Deze regel is ook van toepassing als een werknemer in dienst is geweest bij verschillende werkgevers die elkaar opvolgen.

Voorbeeld

Een voorbeeld ter illustratie: Rogier is op 1 november 2011 begonnen met werken op basis van een tijdelijk arbeidscontract voor zes maanden. Op 1 mei 2012 is zijn contract verlengd met een jaar. Na afloop van dit jaarcontract is Rogier acht maanden werkloos geweest. Op 1 januari 2014 is hij opnieuw bij dezelfde werkgever in dienst getreden. Hij trad nu in dienst op basis van een jaarcontract dat eenmaal is verlengd. Op 31 december 2015 eindigt zijn dienstverband en heeft hij recht op een transitievergoeding. Bij het berekenen van de transitievergoeding wordt de eerste anderhalf jaar dat Rogier bij deze werkgever heeft gewerkt niet meegeteld. De werkgever moet Rogier dus een transitievergoeding betalen ter grootte van 2/3 van zijn maandsalaris.

Transitievergoeding en opvolgend werkgeverschap

Bij opvolgend werkgeverschap gaat het om een situatie waarin een werknemer bij een nieuwe werkgever in dienst treedt, nadat hij eerder bij een andere werkgever werkzaam was in min of meer dezelfde functie. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij een uitzendkracht die na een periode bij een werkgever in dienst treedt. Maar ook wanneer een concessie of opdracht van de ene naar de andere werkgever overgaat en de werknemers meeverhuizen, kan er sprake zijn van opvolgend werkgeverschap. Om van opvolgend werkgeverschap te kunnen spreken, moeten de werknemers min of meer dezelfde werkzaamheden zijn blijven verrichten. Het werk dat ze bij de vorige werkgever deden moet naar de nieuwe werkgever zijn overgegaan.

Zelfs bij een doorstart na faillissement kan er sprake zijn van opvolgend werkgeverschap. Bij alle gevallen van opvolgend werkgeverschap worden de dienstjaren bij de vorige werkgever meegenomen bij het bepalen van de transitievergoeding bij de nieuwe werkgever. Als de vorige werkgever al een transitievergoeding heeft betaald, dan mag dit bedrag uiteraard wel in mindering worden gebracht op de transitievergoeding die de nieuwe werkgever moet betalen.

Rechtspraak

Een taxichauffeur is op 1 januari 1999 begonnen bij Oenema Transport. Nadat deze onderneming op 2 oktober 2014 failliet is verklaard, treedt de werknemer op 15 november 2014 in dienst bij Taxiwerq AD op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd die eindigt op 31 mei 2015. Na het aflopen van deze arbeidsovereenkomst vraagt de werknemer een transitievergoeding aan, waarbij hij verwijst naar de dienstjaren die hij bij Oenema Transport heeft gewerkt. Hij stelt dat er sprake is van opvolgend werkgeverschap. De kantonrechter in Assen heeft deze claim afgewezen en geoordeeld dat Taxiwerq AD niet als opvolgend werkgever kan worden beschouwd. Om deze reden wordt niet voldaan aan het 24-maanden criterium. De werknemer heeft daarom geen recht op een transitievergoeding.

Rekentool transitievergoeding

Als je wilt weten hoe hoog de transitievergoeding is in een specifieke situatie, kun je kosteloos gebruik maken van deze rekentool transitievergoeding.

Blijf up-to-date over arbeidsrecht en andere interessante informatie over contractenrecht!

Bij Juristenblog.nl proberen we zo adequaat mogelijk te informeren over alles wat met contractenrecht te maken heeft. Vond je deze blog interessant? Houd dan ook zeker onze andere blogartikelen over contractenrecht in de gaten!

 

Over Juristenblog.nl

Het team van Juristenblog.nl bestaat uit ervaren juristen. Wekelijks wordt onderzoek gedaan naar interessante onderwerpen waarover geschreven kan worden. Vervolgens schrijft de jurist met de meeste kennis van het onderwerp de betreffende blog. Op deze manier blijft ons concept up-to-date en relevant.

Schrijf je in & Blijf op de hoogte

Laat hieronder je e-mailadres achter en ontvang elke maandagochtend een overzicht van de meest recente berichten die op juristenblog.nl zijn verschenen.

We spammen niet. Je kunt je op ieder moment uitschrijven.